Wat is een warmtepomp?
U vraagt zich zelf waarschijnlijk niet af; Wat is een koelkast ?
U weet immers dat etenswaar dat u in de koelkast zet koud wordt gemaakt en gehouden.
Simplistisch gezegd is uw koelkast ook een warmtepomp.
Wat gebeurt er in de koelkast ?
Er wordt binnen in de koelkast warmte onttrokken en deze wordt buiten de koelkast (achterop de koelkast dat zwart metalen rek) afgegeven.
Beeldvormig gezegd: er loopt een transportbandje met warmte van binnen in de koelkast naar buiten de koelkast . De warmte wordt van binnen naar buiten getransporteerd.
Dat transportbandje is natuurlijk geen ‘roltrap’.
Nee, de koelkast bevat een ‘koudemiddel’ of wel ‘hulpstof’ om dit te doen.
Een warmtepomp neemt dus ergens warmte op, om die elders af te geven.
Tussen dat opnemen en afgeven vindt er ook nog eens een temperatuursverhoging plaats. Dat gaat natuurlijk niet vanzelf, er is een vorm van ‘arbeid’ nodig om dit te doen.
De warmtepomp (zoals wij hem hier bedoelen) werkt met een vloeistof (koudemiddel) met een lage kookpunt temperatuur.
(Nu wordt het toch iets gecompliceerder)
Dit koudemiddel laten wij in een kring rond lopen:
Een compressor perst het koudemiddel samen waardoor druk en temperatuur oplopen, het dan gasvormige middel wordt door een platenwisselaar (condensor) gestuwd waar het in aanraking komt met het koudere systeem water (bijvoorbeeld vloerverwarming), er zal daar dus warmte worden overgedragen van het warme gas naar het koudere systeem water, hierdoor koelt het gas ook af en zal condenseren of wel vloeistof worden. Vervolgens wordt de vloeistof door een ‘expansie ventiel’ geleid waar het van dunne leidingen ineens weer in grotere leidingen komt waardoor de druk van het middel afneemt en verdamping kan plaats vinden in de volgende platenwisselaar (verdamper) Het verdampingsproces neemt energie op uit de omgeving (het bronwater wat aan de andere kant door de verdamper loopt) na de verdamper is de kring rond en begint de compressor het gasvormig middel weer samen te persen.
Bovengenoemde ‘kring’ is dus eigenlijk de transportband die aan de ene zijde energie wegneemt om die aan de andere zijde af te geven.
“IN ALLES ZIT ENERGIE !”
De vraag is hoe kun je die energie benutten ..?
Een warmtepomp is een apparaat dat energie verplaatst, in dit geval in de vorm van ‘warmte’: energie wordt ‘verpompt’ van de plaats waar het beschikbaar is naar een plaats waar deze gewenst is.
Een warmtepomp haalt dus energie uit bodem, lucht, of oppervlakte water om dit aan uw verwarmingssysteem af te geven.
Soorten warmtepompen
Onderstaand een opsomming van de soorten warmtepompen in de verwarmingstechniek:
- brine/water
Toepassing: verwarmen of passief koelen van één woning of utiliteitsgebouw of meerdere hiervan, normaliter tot een totaal benodigd afgegeven vermogen van 60 kW.
De energiebron voor deze warmtepomp is een gesloten aardwarmtesonde of collector (verticaal of horizontaal buizensysteem) in de bodem, door deze buizen word water met een antivriestoevoeging rond gepompt.
Alternatief energiebron voor brine/water: collector in oppervlakte water waar een constante en goede waterstroming is, omdat dit complexer is (denk aan strenge winters) wordt dit in Nederland niet vaak toegepast.
- water/water
Toepassing: verwarmen of passief koelen van meerdere woningen op één bron of groter utiliteitsgebouw(en), normaliter bij een benodigd afgegeven vermogen van meer dan 60 kW.
De energie haalbron voor deze is een openbron, grondwater wordt aan de ene zijde uit de bodem omhoog gehaald, door een warmtewisselaar geleid en aan een andere zijde weer terug de bodem in gebracht.
Alternatief energiebronnen voor water/water: WKO (Warmte Koude Opslag), rest warmte van industrie, koelwater van energiecentrale, oppervlaktewater.
- (buiten) lucht/water
Toepassing: verwarmen van één woning of utiliteitsgebouw of gedeelte van een gebouw. Vaak kan dit type warmtepomp ook ACTIEF koelen.
De energiebron voor deze warmtepomp is de buitenlucht .
- Ventilatielucht/water
Toepassing: normaliter het (langzaam) opwarmen van een voorraad tapwater, daar het afgegeven vermogen natuurlijk beperkt is i.v.m. het aantal m³ lucht dat kan worden afgezogen. Immers als je meer lucht af zou zuigen uit een woning, moet je ook meer koude lucht toevoegen, die ook weer opgewarmd moet worden.
De energiebron voor deze warmtepomp is dus ventilatielucht.
- Lucht/lucht
Toepassing: verwarmen van één woning of utiliteitsgebouw of gedeelte van een gebouw. Bijna altijd kan dit type warmtepomp ook ACTIEF koelen, het is vergelijkbaar met een airco systeem. Bij verwarmen is dus de buitenlucht de energiebron.
- Afgeleide: Hybride toestel
Een hybride systeem is een gecombineerd systeem van meerder technieken, zo zijn er, als voorbeeld, toestellen die gebruik maken van een lucht/water warmtepomp en een aardgasbrander onder één mantel.
Op onze website beperken wij ons voornamelijk tot toepassingen voor woningen.
Warmtepomp inzet methodes
- Monovalente Werking
Bij dit systeem wordt uitsluitend verwarmt door de warmtepomp, er zijn geen bijverwarmingen. Hierbij is het dan ook zeer belangrijk dat de warmtepomp goed gedimensioneerd is. Men moet er voor zorgen dat er altijd genoeg warmte beschikbaar is, maar een over gedimensioneerde warmtepomp is natuurlijk ook niet goed (deze zal iets meer energie gebruiken en pendelgedrag met zich meebrengen).
Natuurlijk moet ook rekening gehouden worden met de behoefte aan warm tapwater.
- Mono-energetische werking
(Deze manier wordt het meest toegepast in de woningbouw in Nederland). De warmtepomp zorgt voor het grootste deel van de warmtebehoefte, maar bij erg koud weer wordt deze ondersteund door een ingebouwd elektrisch element.
Bij de meeste installaties wordt 80 % (Bétafactor 0,8) van het benodigde warmtevermogen ingezet als warmtepomp vermogen. Het aandeel van de jaarlijkse activiteit van de warmtepomp/compressor bedraagt dan ca 97 % en van het elektrisch element dus ca 3%.
- Bivalent-parallelle werking
De warmtepompinstallatie wordt tijdens de verwarmingswerking aangevuld met een bijkomende warmtegenerator bijvoorbeeld een gasgestookte CV-ketel. Het verwarmingsvermogen van de warmtepomp wordt dan meestal met een Bétafactor tussen .4 en .7 (40% tot 70% van het benodigde totaal vermogen) ingezet. In de periode dat de warmtepomp zelf onvoldoende energie kan leveren zal dus een 2e warmtegenerator worden bij geschakeld.
- Bivalent-alternatieve werking
De warmtepomp zal een bepaalde periode voorzien in verwarming, waarna geheel gewisseld wordt naar een andere warmtegenerator (HR aardgas ketel bijvoorbeeld).
Dit komt in de praktijk voor bij lucht/water warmtepompen, er kan berekend zijn dat bijvoorbeeld onder een buitentemperatuur van 6 °C de HR aardgasketel minder energiekosten met zich mee brengt dan de lucht/water warmtepomp. De buitentemperatuur zal dan het omschakelpunt worden van warmtegenerator (boven 6 °C de lucht/water warmtepomp, onder de 6 °C de HR cv ketel).
R+
Alle 4 (boven genoemde) inzet methode kunnen worden aangevuld met R+ (Renewable + / Regeneration +)
Voorbeelden: Thermische zonenergie (collector of energie dak) wordt ingezet om de bron extra te regenereren en/of in voor- en naseizoen bij te dragen aan de verwarming (spiraal in buffertank)
Of (ventilatie) lucht wordt ingezet voor extra regeneratie van de gesloten bodem bron.
Noot: In Nederland wordt over het algemeen de passieve koeling gebruikt voor (extra) regeneratie van de bron, dit valt echter niet onder het begrip R+. /
R+ wordt in Nederland ook niet zo veel toegepast, omdat, als je veel zonenergie terug voert in een gesloten bron, het passief koelvermogen beperkt wordt. Als in de zomer periode geen koeling van de woning gewenst is, is het aan te bevelen om bij een gesloten bodem bron een R+ systeem te maken.
Verdamper / Compressor / Condensor
En ook nog in de vorm van een tekening met voorbeeld temperaturen (voor de technicus):
Werking: Het koudemiddel (tussen F en B) is een stof met een lage ‘kook temperatuur’
A. Een compressor perst ‘gas’ samen waardoor de druk en temperatuur oploopt.
B. Dit verwarmde gas stroom door de ‘condensor’, omdat dit warmer is dan het cv-water, wat (gescheiden) ook door de ‘condensor/platenwisselaar’ stroomt, geeft dit warmte af aan het cv- water.
C. Doordat het gas warmte afgeeft in de condensor koelt het af en condenseert het naar vloeistof
D. Bij de verbinding ‘oververhitter/onderkoeler’ draagt het nog wat warmte af.
E. Het expansieventiel (de dunne leiding gaat daarna over naar een ruimere) zorgt ervoor dat het samengeperste koudemiddel weer kan expanderen waardoor de druk weer afneemt.
F. Het afgekoelde koudemiddel gaat door de ‘verdamper’ waar het, door het verdampingsproces, energie (warmte) ont
trekt aan de bron die daar (gescheiden) ook doorheen wordt gepompt en gaat weer over in gasvorm, D. De oververhitter voegt nog iets warmte toe waardoor echt alle vloeistof weer gasvormig is geworden… En het proces begint opnieuw bij A.
Aan de bronzijde draait uiteraard het circuit over de (gesloten) bron in de bodem en aan de afgifte zijde het cv (vloerverwarming) systeem.
Attentie dit is een voorbeeld van ’n bepaald type warmtepomp / schakeldrukken en temperaturen verschillen per type warmtepomp:
Lagedrukschakelaar (LD) schakelt af (storing) onder de 1,5 bar
Hogedrukschakelaar (HD) schakelt af (storing) boven de 32 bar
De heet gas temperatuur mag maximaal 130 ºC worden
Het verschil in temperatuur tussen verdamper uit en compressor in noemt men ‘oververhitting’ , dit is o.a. bedoeld om ervoor te zorgen dat alle vloeistof echt is omgegaan naar gas omdat de compressor niet tegen vloeistof kan.
Indicatie getallen:
De heet gas temperatuur is minimaal 30 graden hoger dan de condensor uit / aanvoer cv.
De oververhitting is ca. 4 tot 8 ºC
De zuig gas temperatuur ligt in de nabijheid van de bron in temperatuur.Het verschil tussen bron in / bron uit is ongeveer 2 tot 7 K
Voordeel van een warmtepomp installatie
Je maakt gebruik van ‘energie’ die min of meer gratis al beschikbaar is.
De energie voor de compressor moet je uiteraard nog wel inkopen (elektriciteit), maar deze energie wordt ook afgegeven aan ‘het doel’.
COP ( = het rendement van een warmtepomp)
Het rendement van een warmtepomp wordt uitgedrukt in COP (Hoe hoger dit getal hoe beter)
Energie uit de bron + toegevoegde energie (compressor) = afgegeven energie
Afgegeven vermogen (in kW) : toegevoegd vermogen (in kW) = COP
Vraag / voorbeeld:
Als je een warmtepomp met een COP van 5 hebt (bij 0 graden bron en 35° CV aanvoer)
en het afgegeven vermogen 10 kW is (bij 0 graden bron en 35° CV aanvoer)
Wat is dan je bron vermogen en hoeveel energie verbruikt deze uit het net?
Antwoord:
10 kW : COP 5 = 2 kW vermogen uit het net
10 kW – 2kW = 8 kW bron vermogen
Warmtepompen vergelijken op COP ?
Sinds 2016 heeft elke warmtepomp die in Nederland verkocht mag worden een energie label.
Het energielabel is bepaalt op het Jaar Rendement van de warmtepomp, ook wel SCOP genoemd.
Seasonal Coefficient of Performance, zeg maar het COP per seizoen (per jaar).
U kunt dus het best vergelijken op het theoretisch vast gestelde SCOP
U leest er meer over op onze pagina over de labels. Klik hier om daar meteen naar toe te gaan.
Maar laat u niet alleen leiden door het rendement. Kijk bijvoorbeeld ook naar het geluidsniveau van de machine en gebruiksvriendelijkheid. Kies bij voorkeur een Europees product .
SCOP SPF
Het COP is dus de verhouding tussen afgegeven en verbruikt vermogen bij één bepaalde brontemperatuur / afgiftetemperatuur .
Daarnaast is er nu ook het SPF (Seasonal Performance Factor) uitgedrukt in SCOP voor verwarmen en SEER voor koelen.
De toegevoegde S staat voor „Seasonal / Seizoensgebonden“.
Dit betekent, dat meerdere realistische meetpunten vastgelegd zijn. Deze worden allen meeberekend bij de indeling van de energie-efficiëntieklasse.
Voor koeling zijn de vastgestelde meetpunten voor heel Europa vastgesteld.
Voor verwarming kon geen geldig temperatuurprofiel voor heel Europa worden opgesteld. Daarom werden hier drie klimaatzones, met verschillende deellastprofielen, in Europa gedefinieerd: Noord-, Midden- en Zuid-Europa.
Het SCOP zegt dus iets over het rendement van het toestel over een bredere band.
Het probeert een benadering te zijn van het rendement in de praktijk, hoewel het uiteindelijke rendement in de praktijk natuurlijk van nog meer factoren afhangt .
Deze 3 zaken: ‘bron – warmtepomp – afgiftesysteem’ moeten in evenwicht zijn.
Modulerende warmtepompen / Inverter techniek.
Bij buitenlucht/water warmtepompen is een modulerende warmtepomp gemeengoed, sterker het kan bijna niet anders.
De verklaring hiervoor is simpel: De buiten lucht varieert immers gedurende het jaar nogal in temperatuur, zeg maar van -15 ̊C tot + 30 ̊C in ons land.
Het vermogen van de installatie en machine wordt bepaalt bij een buitentemperatuur van -10 ̊C waarbij deze een aanvoer van bijvoorbeeld 45 ̊C moet kunnen leveren.
Als je dan ook bedenkt dat het vermogen van de machine meestal toeneemt na gelang de buitentemperatuur hoger wordt is het snel duidelijk dat er in het voor- en najaar veel te veel vermogen is. Daarom worden deze warmtepompen meestal modulerend uitgevoerd.
Modulerend wil zeggen dat het vermogen van de compressor tussen bepaalde waarde kan variëren bijvoorbeeld door het toerental aan te passen. Tegenwoordig gebeurt dit voornamelijk elektronisch door middel van Invertertechniek.
Doordat kennis van elektronica en componenten steeds verbeterd is dit inmiddels een vertrouwde methode geworden waarbij de levensduur van genoemde elektronica ook steeds langer wordt. Naast deze invertertechniek zijn natuurlijk ook de compressoren zelf steeds verbeterd en aangepast om steeds efficiënter te kunnen werken met variërende vermogens van bijvoorbeeld 25 tot 100%.
Bij bodemenergie is de brontemperatuur veel minder fluctuerend tussen zomer en winterbedrijf, vandaar dat bij bodemwarmtepompen de noodzaak tot moduleren niet aanwezig is / was.
Echter is de modulatie techniek in de loop der tijd zoveel verbeterd dat deze ook bij bodemwater warmtepompen kan zorgen voor een beter SCOP (seizoen rendement) . In het voor en na seizoen kan dan namelijk het vermogen worden geboden dat op dat moment nodig is voor de installatie. Hierdoor kan de compressor langer draaien wat voor een compressor verlenging van de levensduur, t.o.v. aan/uit schakelen, brengt. Kortom voordeel op voordeel. Alleen de aanschaf van deze warmtepomp is duurder dan van een aan/uit machine doordat de inverter (elektronica die het moduleren mogelijk maakt) ook moet worden betaald.
Daarnaast biedt een modulerende warmtepomp het voordeel dat, bij na-regeling, het buffervat minder groot hoeft te zijn. De minimaal systeem inhoud dient dan als regel 15 liter x het kleinst leverbaar vermogen van de warmtepomp te zijn (zie ook de fabrieksgegevens van de warmtepomp).
Als u een warmtepomp kiest welke kan moduleren tussen 4 en 16 kW kiest u dus bij na-regeling (als heel het systeem dicht kan lopen) voor een buffer van 4 x 15 liter = 60 liter (in de praktijk zal dit waarschijnlijk een 100 liter buffervat worden).
Als voorbeeld om het voordeel van ‘moduleren’ begrijpend te maken wordt vaak een auto genoemd die van A naar B moet over een 25 km lange weg met diverse stoplichten. Het is dan niet economisch om steeds vol gas naar het volgens stoplicht te rijden, daar te remmen en te wachten op groen om vervolgens weer vol gas verder te gaan. Beter is het om rustig te rijden op de snelheid waarbij alle lichten groen zijn (zgn. groene golf) dat verlaagt het brandstof verbruik en is tevens beter voor de auto.
Warmtepompboiler
Behalve ‘buitenlucht’ zijn er ook warmtepompen die gebruik maken van de ventilatielucht in uw woning. De warmte/energie uit de afgezogen lucht uit uw huis wordt door de warmtepomp ‘gebruikt’ voordat deze naar buiten wordt geblazen. Het beschikbaar vermogen is hierbij gering.
Een goede toepassing voor dit soort warmtepompen is het verwarmen van tapwater. U kunt bijvoorbeeld in een dag een boiler van 300 liter verwarmen met een gering toegevoegd elektrisch vermogen. (zie afbeelding)
Een ander ’terugwin’ systeem is om middels de afzuiging van lucht, brinewater te verwarmen dat uit de bron komt. Het brinewater komt dan uit de geslotenbron in een platenwisselaar van de afzuigunit, hierdoor wordt het bronwater iets opgewarmd, doordat het dan iets warmer in de warmtepomp aankomt wordt het rendement (COP) van de warmtepomp beter.
Beperking warmtepomp
Een warmtepomp heeft het beste rendement (gunstigste COP) bij lage afgifte temperaturen.
(Zo klein mogelijk verschil tussen bron en doel temperatuur)
Het afgifte systeem moet hiervoor geschikt zijn, dus bijvoorbeeld vloerverwarming en/of LT-radiatoren/convector’s.
In een bestaand huis met radiatoren zomaar een CV-ketel vervangen door een warmtepomp kan dus (helaas) niet!
Afgiftesysteem
Bereken de installatie (afgiftesysteem) met het gegeven dat u in de winter (-10°) met circa 35°C u huis kunt verwarmen.
(Delta T* van 5°C, Uw installateur / vloer-verwarmingsleverancier kan u hierbij helpen).
Delta T = verschil tussen aanvoer en retour temperatuur.
Tip: Als u een nieuwe woning gaat bouwen is het altijd aan te bevelen om te kiezen voor laagtemperatuur afgiftesystemen als hoofdverwarming. Dus Vloerverwarming, wandverwarming of een afgifte systeem uit de afbeelding hiernaast. (Jaga)
(Een HR-CV-ketel heeft ook een veel hoger rendement (minder gasverbruik) bij lagetemperatuur stoken t.o.v. hogere temperaturen)
Op deze manier is uw huis altijd klaar voor de toekomst!
Warm tapwater d.m.v. een warmtepomp
Warm tapwater wordt d.m.v. een indirect gestookte boiler aangemaakt. Het tapwater wordt verwarmt
tot c. a. 55°C en een maal in de week d.m.v. een elektrisch element op 65° gebracht om legionella groei te voorkomen.
Ook hierbij is het noodzakelijk dat de boiler ontwikkeld/berekend is voor de warmtepomp. Was u bijvoorbeeld gewend om met een 35 kW CV-ketel een boiler te verwarmen, een warmtepomp doet dit met bijvoorbeeld 12 kW. Dit zal inhouden dat u meer warmwater op voorraad moet nemen om tot een hoog comfort te komen.
De ‘spiraal’ of ‘vat in vat’ systeem van uw boiler moet ontwikkeld zijn voor gebruik in combinatie met een warmtepomp. Om met een kleiner vermogen en lagere temeratuur dezelfde energie over te brengen heb je nl. meer VO (Verwarmend Oppervlak) nodig. Dus een langere spiraal in de boiler of een goed ‘vat in vat’ systeem.
Ook zijn er ‘combi warmtepompen’ op de markt die al een tapwaterboiler ingebouwd hebben.
Noot: Tijdens het verwarmen van tapwater (58°C) zal het rendement (COP) van de warmtepomp wat slechter zijn dan tijdens het verwarmen van uw huis (35°C). Voor tapwater verwarmen is het financieel resultaat m.b.t. energiekosten vrijwel gelijk aan een HR-gasketel.
Ventilatie
Om optimaal energie te besparen moet uw woning natuurlijk goed geïsoleerd en kierdicht zijn. Maar om ons van voldoende ‘verse lucht’ te voorzien is een goed ventilatie systeem natuurlijk een vereiste. Gaat u uit van optimale energie besparing dan is een WTW- (warmte terug win) systeem de beste oplossing. De warmte die uit uw woning wordt aangezogen wordt weer gebruikt om de ‘verse’ lucht die (geheel of gedeeltelijk) van buiten komt te verwarmen. U moet hierbij wel frequent de filters in dit systeem vervangen.
De afzuigkap mag, in geval van een WTW-systeem geen eigen motor bevatten, in de nabijheid van of op de afzuigkap komt een afstandschakelaar van de ventilator die op zolder (of elders) hangt. Zodat u tijdens koken meer afzuig capaciteit heeft.
tekening: In de wc, badkamer en keuken wordt lucht afgezogen, in de huiskamer en slaapkamers wordt lucht ingebracht.
Een minder energiezuinig systeem is het aanvoeren van verse lucht door roosters in uw ramen en afzuiging door een centraal afzuigsysteem. (Ook wel gewoon Mechanische Ventilatie genoemd) Dit laatste systeem word wel als prettiger ervaren. En, wanneer u wilt: de warmte in de afgezogen lucht kan evenzogoed nog gebruikt worden voor bijvoorbeeld tapwaterverwarming of voor opwarming van het bronwater, voor het de warmtepomp ingaat*.zie het onderwerp warmtepompboiler
Tegenwoordig bestaat er ook ‘CO2 gestuurde ventilatie’ De roosters die zorgen voor de toevoer van verse lucht worden alleen geopend als de lucht kwaliteit in het betreffende vertrek dit nodig heeft’. Als er bijvoorbeeld overdag geen mensen of dieren in de woning zijn zal het rooster voor een groot deel gesloten kunnen blijven, er is ‘communicatie’ met de afzuigventilator die dan ook langzamer gaat draaien.
Het open zetten van ramen kunt u tijdens de verwarm- en koelperiode (onder de 19 graden en boven de 23 graden buitentemperatuur) beter niet doen. De roosters in uw ramen, of de WTW zorgen immers al voor voldoende ventilatie!
Een warmtepomp in het dagelijks gebruik
De belangrijkste consequenties van het gebruik van de warmtepomp op een rij:
- Vloerverwarming met een lage aanvoertemperatuur is inherent aan een energiesysteem met een warmtepomp. Vloerverwarming zorgt voor een gezonder en behaaglijker binnenklimaat. Een bijkomend voordeel is dat er geen radiatoren in de woning nodig zijn. Dit bespaart veel ruimte en dit is visueel aantrekkelijk. (eventueel past u hier en daar LT convectoren toe, b.v. op de zolder en berging)
- De keuze van de vloerafwerking vraagt extra aandacht bij vloerverwarming. Laat u hierbij adviseren door uw vloerleverancier.
- De temperatuur staat standaard dag en nacht ingesteld op 20°C. Badkamers en slaapkamers zijn respectievelijk hoger en lager ingesteld. Het systeem is volledig zelfregulerend, maar de toekomstige bewoner kan de temperatuur van de woning daarnaast ook zelf beperkt aanpassen en afstellen. Als u toch nachtverlaging wil toepassen (wat soms een kleine besparing zal opleveren verlaag dan met niet meer dan 2 graden Celcius).
- Als de buitentemperatuur hoog en de gewenste ruimteverwarming laag is, schakelt de warmtepomp automatisch om van ‘verwarmen’ of ‘neutraal’ naar ‘koelen’. Hierdoor kan de temperatuur enkele graden dalen ten opzichte van de buitentemperatuur.
- De individuele warmtepomp is een combiwarmtepomp of een solo met losse boiler, wat altijd betekent dat de warmtepomp een groot voorraadvat heeft voor warm tapwater. Bij een collectieve warmtepomp (in de appartementen) zijn verschillende systemen mogelijk.
- Door de aanwezigheid van een warmtepomp is een gasaansluiting niet nodig (tenzij u op gas wil koken).
- Een warmtepomp heeft een hoog energierendement en gaat (net als een CV-ketel) ongeveer vijftien jaar mee.
‘Vollast’ draaiuren per jaar van een warmtepomp
In het groen gedeelte ziet u het theoretisch aantal ‘vollast’ uren per maand (en totaal per jaar) zonder en met tapwater met een Bètafactor van .8 (jaardekking 97%).U ziet tevens het theoretisch aantal ‘vollast draaiuren’ van de compressor bij een andere Bètafactor en bijbehorende ‘jaar dekking’.
Wat word bedoeld met Bètafactor?
In Nederland kiest men het vermogen van een warmtepomp meestal lager dan het werkelijk benodigd vermogen om een woning te verwarmen (elders op onze site leest u waarom dit beter is). Normaliter kiest men in Nederland voor 80% warmtepomp vermogen t.o.v. het totaal (uit een transmissieberekening gekomen) benodigd vermogen.
Dus stel dat uit de transmissie berekening een opstel vermogen van 10 kW kwam, dan kiest met er meestal voor om een 8 kW warmtepomp te plaatsen (Bètafactor .8). Kiest men voor een 7 kW in dit voorbeeld bij een transmissie van 10 kW, is dat dus 70% = Bètafactor .7
Uit statistieken en berekeningen is gebleken (en vast gelegd in ISSOnorm) dat bij het Nederlandse klimaat een warmtepomp met een inzet van 80% van het transmissie vermogen (Bètafactor .8) de compressor theoretisch 2000 vollast uren per jaar draait voor verwarming en daarmee 97% van de jaarbehoefte dekt.
Wat zijn vollast uren?
Het totaal afgegeven vermogen : het vollast warmtepomp vermogen* = vollast uren.
*Met het vollast warmtepomp vermogen wordt bij een: gesloten bron het afgegeven vermogen bedoeld bij 0 graden bron er 35 graden cv temperatuur.
en bij een open bron het afgegeven vermogen bedoeld bij 10 graden bron en 35 graden cv temperatuur.
Dus het theoretisch aantal uren dat de compressor op vollast heeft gedraaid.
Voorbeeld: een warmtepomp met één compressor en vast toerental (gesloten bron 0/35) van 8 kW ingezet op Bètafactor .8 draait dus theoretisch 2000 uur per jaar. Het afgegeven thermisch vermogen is dan 2000 uur x 8 kW = 16.000 kWh
Stel nu je hebt in dit voorbeeld een warmtepomp met 2 compressoren van elk 4 kW dan kan het bijvoorbeeld zo zijn dat één compressor 2200 uur heeft gemaakt en de ander 1800 uur. Totaal dus 4000 compressor uren van 4 kW (is ook 16.000 kWh)
Naast warmtepompen met 2 compressoren zijn er ook nog modulerende warmtepompen die bijvoorbeeld een wisselend vermogen tussen de 4 en 8 kW kunnen leveren. Welke dus in de voorbeeld misschien wel 2666 uur op 6 kW heeft gedraaid.
Om verwarring over uren te voorkomen wordt dus altijd terug gerekend naar zogenaamde vollast uren (dus uren van maximaal vermogen).
Deze methode wordt ook bij Cv-ketels en Gasbranders gehanteerd.
Let op, ter verduidelijking: Stel dat de transmissie heeft uitgewezen dat een 10 kW CV ketel moet worden geplaatst op basis van 100% inzet. Dan draait deze dus in theorie 1650 uur per jaar. Maar heeft u een aan/uit ketel van bijvoorbeeld 30 kW gemonteerd dan is het aantal draaiuren van de ketel natuurlijk theoretisch 1650 : 3 = 550 uur (Immers je hebt 3 x zoveel vermogen gemonteerd dan nodig was voor verwarming).
Het aantal theoretische vollast draaiuren per jaar gaat dus uit van een berekend afgegeven vermogen bij een berekende transmissie!
Weersafhankelijke regeling
Als het buiten echt koud is heeft u een hogere temperatuur nodig om uw woning te verwarmen dan als het minder koud is. Aan de andere kant hoe minder hoog de temperatuur die u nodig heeft, des te hoger het rendement van de warmtepomp. Vroeger zagen we bijvoorbeeld dat CV-ketels bijna altijd op 90 graden Celcius stonden (Terwijl HR bij 50 tot 70 graden tot zijn recht komt). Bij warmtepompen is het dus ook van belang de warmtepomp niet altijd op de max. CV aanvoer temp van 45 graden te zetten omdat u meestal met minder toe kan. Hiervoor is een weersafhankelijke regeling bedacht (overigens in de utiliteitsbouw al een oud begrip) deze zorgt ervoor dat de aanvoertemperatuur van het water wordt gekoppeld aan de buitentemperatuur. Dus als u met minder toe kan ook minder doet. In het plaatje ziet u bijvoorbeeld dat als u de stooklijn afstelt op 5, deze bij -20 buiten ca. 44 graden aanvoer maakt en bij + 10 graden een aanvoer van 30 graden maakt. Deze instelling is voor NL het meest toegepast. Bij zeer goed geïsoleerde woningen kan de stooklijn wellicht nog lager, bij minder goed geïsoleerde zal deze wat hoger moeten. Natuurlijk hangt het ook nog af van hoeveel meter slang in uw woning is gelegd. Als er te weinig slang (afgifte) aanwezig is zal de stooklijn ook iets hoger moeten om het nog goed warm te krijgen. Het rendement draait dus niet alleen om de warmtepomp zelf maar betreft het hele systeem.
Wat is een transmissie berekening van een woning?
Alle gegevens van een woning/gebouw worden in een berekening gestopt.
Wat voor dak zit er op met welke isolatie waarde? Hoe is het dak aangesloten op de woning ? Wat voor glas zit er in de kozijnen, hoeveel glas is er, van welk materiaal is het kozijn, hoe zit het kozijn in de muur , wat voor voordeur is toegepast, wat voor ventilatie is er toegepast, wat voor buitengevels zijn er, is het een tussenwoning, een hoekwoning, een vrijstaande woning, welke gevels zijn gericht op noord, zuid, oost, west enz. enz. Verder zit in de berekening een getal dat gerelateerd is aan het Nederlandse klimaat.
Aan de hand van een uitgebreide formule komt uit de berekening dan een getal rollen wat aangeeft hoeveel energie aan de woning per jaar moet worden toegevoegd om verwarmt te kunnen worden. En hieruit volgt dan ook het op te stellen vermogen bij 100 % dekking. Stel dat deze berekening nog niet gemaakt is, dan kunt u in eerste instantie voorzichtig uitgaan van een schatting. U dient dit altijd na te rekenen met een transmissieberekening. richtgetallen / kengetallen per m²:
Voorbeeld: Nieuwe woning 2015 met een bg van totaal 70 m² , 1e verdieping 70 m² en zolder 40m²
Nieuw te bouwen woning met WTW, goed geisoleerd, EPC = < 0,4
Dan is het te plaatsen vermogen:
(70+70+40=) 180 (m²) x 44 watt = 7920 Watt of wel 7,92 kW
Zetten we hier een bodem warmtepomp in met Betafactor .8 (isso norm) dan geld dus: 180 x 35 watt = 6300 Watt ( 6,3 kW)
Noot: voor een hoekwoning mag u eventueel 2 watt van elk kengetal aftrekken, voor een tussenwoning 4 watt,
maar omdat het hier toch een ‘richtgetal’ betreft wordt dit vaak niet gedaan, er moet immers toch nog een transmissie ter controle worden gemaakt.
Vermogen inzet warmtepomp
Een warmtepomp wordt in Nederland meestal ingezet op 80% van het berekende (transmissie) vermogen.
Hiermee dek je circa 97% van de ‘jaarvraag’, voor de overige 3% wordt een elektrisch element ingezet als ‘bijverwarming’
Mono energetische werking dus.
Reden 1: De warmtepomp zal niet zo snel gaan pendelen, het volle vermogen is immers niet vaak nodig.
Reden 2: Kosten/baten analyse zie ook de pagina rekenen
Milieu
Bij een warmtepompsysteem met een capaciteit van 3 tot 5 kW komt tien tot vijftig procent minder C02 vrij dan bij een HR-ketel.
Vanwege die lage C02-uitstoot levert de warmtepomp een bijdrage aan de vermindering van het broeikasprobleem
Hoeveel warmtepompen staan er in Nederland?
Warmtepompen die gebruik maken van bodem energie in Nederland (Bron CBS / Centraal Bureau voor de Statistiek):
- Nieuw geplaats in 2008: 4100 stuks
- Nieuw geplaatst in 2009: 5309 stuks
- Nieuw geplaatst in 2010: 5677 stuks
- Nieuw geplaatst in 2011: 5859 stuks
- Nieuw geplaatst in 2012: 5786 stuks
- Nieuw geplaatst in 2013: 3052 stuks
- Nieuw geplaatst in 2014: 2510 stuks
Warmtepompen die gebruik maken van buitenlucht als energie in Nederland*:
* Dit zijn zowel lucht/lucht (airco achtige), lucht/water en hybride toestellen.
- Nieuw geplaats in 2008: 14151 stuks
- Nieuw geplaatst in 2009: 13609 stuks
- Nieuw geplaatst in 2010: 12276 stuks
- Nieuw geplaatst in 2011: 38513 stuks
- Nieuw geplaatst in 2012: 36959 stuks
- Nieuw geplaatst in 2013: 37486 stuks
- Nieuw geplaatst in 2014: 44028 stuks
– Op 31 december 2013 stonden er totaal 219.646 warmtepompen in Nederland, waarvan 43.884 met bodem energie.
Tijdens een congres van het Nederlands Platform voor Warmtepompen, 14 maart 2012, heeft men ( Het NPW en Agentschap) de verwachting en wens uitgesproken dat er in 2020: 500.000 warmtepompen geplaast zullen zijn.
Do’s and don’ts voor ontwikkelaars
In december 2011 heeft het “lente-akkoord” een document uitgebracht: “De do’s-and-dont’s voor ontwikkelaars”
Warmtepompen; De do’s and don’ts voor ontwikkelaars. Een document m.b.t. warmtepompen speciaal gemaakt voor ontwikkelaars.
Het Lente-akkoord is een initiatief van Bouwend Nederland, Aedes, NVB, NEPROM en de minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties.
Warmtepompen voor woningverwarming:
Brochure van ODE uit Vlaanderen / Belgie: Warmtepompen voor woningverwarming